Als geboren kapitein krijg je aan boord van één van onze vaarbewijsvrije plezierboten de kans om je dromen waar te maken. Na een initiatie met één van onze ervaren schippers neem je zelf het roer in handen en word je de stuurman aan boord. Aanlegknopen, door sluizen navigeren en aanmeermanoeuvres zullen geen geheimen meer voor je hebben!
Xavier Ethuin
Ver weg van de files
Ga voor een ander soort ‘roadtrip’, een 100% serene en rustgevende variant. Vaar naar hartenlust en op je eigen tempo, geniet van een ontspannende rustpauze aan de schaduwrijke oevers of maak een tussenstop om de omgeving te verkennen. Alle boten zijn uitgerust om je een even comfortabele als bijzondere ervaring te bieden. Een ‘boat book’ aan boord geeft je informatie over de bezienswaardigheden onderweg. Van het kasteel van Freÿr en het fort van Charlemont tot het oude Romeinse kamp: langs de Maas zijn sinds de Oudheid heel wat hoofdstukken van een rijke geschiedenis geschreven.
Met de aankondiging van het zomerseizoen voor de luchtvaart breidt Brussels South Charleroi Airport (BSCA) zijn aanbod van bestemmingen uit. Ryanair, dat op kop staat in de lijsten, lanceert zes nieuwe bestemmingen in verschillende regio’s: van Cork in Ierland tot Ponta Delgada op de Azoren, maar ook Sarajevo, Göteborg, Olbia en Dubrovnik.
Trek er met je gezin of vrienden op uit voor een 4u30 durende reis naar het hart van de Oceaan om de unieke biodiversiteit van de onderwaterwereld te ontdekken! Ontdek de schoonheid en de onmetelijkheid van de oceaan en hoe essentieel het behoud van het leven in de watermassa is voor de toekomst van de mensheid, en dat via 3 meeslepende, educatieve en leuke rondleidingen.
L. Merlier
Een conservatorium voor de biodiversiteit
Als actieve partner in Europese beschermingsprogramma’s speelt Nausicaá een cruciale rol in de bescherming van bedreigde diersoorten. Elk jaar vinden er duizenden geboortes plaats, onder andere van pinguïns, gitaarroggen, zeepaardjes en haaien. Het centrum ontwikkelt ook gespecialiseerde vaardigheden voor het kweken van kwallen en de voortplanting van koraal, om zo bij te dragen aan aan een genetisch conservatorium dat van vitaal belang is voor het voortbestaan van plant- en diersoorten.
A Rosenfeld
Nieuw in 2024: ‘Destination abysses!’
Nausicaá wijdt, in samenwerking met het ‘Ifremer’-instituut, 2024 aan de bescherming van de diepzeebodem met in juni de opening van de nieuwe evenementenexpo ‘Destination Abysses’, conferenties, evenementen en campagnes.
Neem een duik tot een diepte van meer dan 1.000 meter om er de wonderen van de diepzee te ontdekken. Haal adem en je zal zien: het is adembenemend! Deze weinig bekende maar kwetsbare wereld zal al zijn geheimen aan je blootgeven!
De ‘Blue Academy’
Tijdens de paasvakantie kunnen gezinnen een bijzonder moment beleven door een duik te nemen in de mysterieuze diepzeewereld dankzij nieuwe meeslepende ervaringen in de ‘Blue Academy‘, de workshopruimte voor kinderen van Nausicaá.
S Pannier
Voor kleine avonturiers (vanaf 3 jaar) is ‘Les Contes du Hublot’ een uniek avontuur om onder begeleiding van een pinguïn de geheimen van de dieren van de diepzee te ontdekken door middel van activiteiten die alle zintuigen prikkelen.
Voor de creatieve geesten (vanaf 10 jaar) is er ‘Les Ateliers de la Fabrik’, een workshop waarin ze hun fantasie en talent kunnen botvieren en hun eigen fabelachtige zeemonster kunnen creëren!
Voor alle ontdekkingsreizigers (vanaf 6 jaar) is er dan weer een leuke ervaring voor het hele gezin rond een gigantisch bordspel met daarin de bewoners van de oceaan en de diepzee.
Dus: klaar voor het avontuur? Surf naar Nausicaá.fr om er alles over te weten te komen!
De Vendée heeft het allemaal! Of u nu geïnteresseerd bent in natuur, sport of cultuur in al zijn vormen, er is altijd iets te ontdekken en te genieten in het Franse departement Vendée. Gelegen in de regio Pays de la Loire en in de historische provincie Poitou, is deze streek makkelijk te bereiken vanuit België, zowel met het vliegtuig (via de luchthaven Nantes Atlantique), de trein of de auto.
Een van de belangrijkste evenementen op de kalender in deze regio, is de 10e editie van de Vendée Globe. Met een start op 10 november vanuit Les Sables d’Olonne, is het ongetwijfeld een evenement waar je minstens één keer in je leven moet bij zijn. Eerder in het jaar, kort voor de zomer, kunnen watersportliefhebbers ook de aankomst bijwonen van de schippers van de 2e editie van de New York Vendée – Les Sables d’Olonne, die op 29 mei vanuit de Big Apple vertrekt. Deze trans-Atlantische race, die 31 schippers samenbrengt, waaronder Denis Van Weynbergh, is het laatste kwalificatie-evenement voor de Vendée Globe 2024. De eerste aankomsten zijn gepland rond 7 juni in Les Sables d’Olonne, met een prijsuitreiking gepland op zondag 9 juni.
De 4 favorieten van een kampioen
s bourcier
Met deze wedstrijd voor de deur vroegen we Denis Van Weynbergh naar zijn favoriete plekjes in de regio. Onze schipper waardeert vooral de fietspaden van de moerassen van Olonne en La Guittière met zijn oesterhaven. Hier zal je enkele van de mooiste landschappen van de Vendée ontdekken, met de Atlantische Oceaan op de achtergrond.
Nathalie Chevré
Om te genieten van de lokale gastronomie, gaat Denis Van Weynbergh bij voorkeur naar de Quai Garnier in Les Sables d’Olonne, een favoriete plek waar wie vertrekt en droomt om ooit per schip te vertrekken… Dag en nacht valt de wijk op door zijn levendigheid en zijn vele adressen die de meest veeleisende levensgenieters tevreden kunnen stellen!
Baie de Cayola Antoine Martineau
Aan het eind van de dag heeft de Belgische schipper een zwak voor de zonsondergangen van Cayola Bay. Gelegen in het Château d’Olonne, op de weg naar de corniche tussen Bourgenay en Les Sables d’Olonne, biedt deze haven een prachtig panorama. Dit natuurgebied strekt zich uit over 120 m en is beschermd om de vele plantensoorten die zich daar ontwikkelen te behouden.
Plage sauvage de Paracou A. Lamoureux Vendée Expansion
Tot slot luiert Denis Van Weynbergh graag op het strand van Paracou, een charmante kleine baai aan de wilde kust. Van daaruit kunt u via een fietspad alle rijkdom van het lokale natuurlijke erfgoed ontdekken, maar ook de kust, het bos en de omliggende moerassen.
Heeft u advies of goede ideeën nodig om uw volgende reis naar de Vendée voor te bereiden? Bekijk dan zeker de website van In deVendée, de beste inspiratiebron om een verblijf te plannen dat in alle opzichten bij u past!
The Last Post, een plechtig ritueel ter ere van Britse en Gemenebestsoldaten die sneuvelden in de Eerste Wereldoorlog, weerklinkt weer aan de Menenpoort vanaf 9 mei. Deze aankondiging, kregen we van de Commonwealth War Graves Commission (CWGC), en sluit een periode van restauratiewerkzaamheden af die vorig jaar begon.
De ingreep aan de Menenpoort was zeer grondig. De noodzaak om de integriteit van dit historische monument te behouden en tegelijkertijd de veiligheid van bezoekers te waarborgen, leidde tot een reeks nauwgezette restauraties. Nu de steigers weg zijn, is alles te bewonderen: reparaties aan de naamstenen, restauratie van het gewelf, plafonds en bronzen oculi. Zelfs de versleten trappen zijn gerenoveerd!
Werken in uitvoering
Hoewel de grote hall weer straalt, houdt het werk daar niet op. De galerijen aan de noord- en zuidkant staan nog in de steigers om te worden opgeknapt. Voor medio 225 krijgen ook het dak en de binnenverlichting een opknapbeurt. Dit grootschalige project belooft de site nog gastvrijer en memorabeler te maken voor bezoekers van over de hele wereld.
Toen de zon weer krachtiger begon te schijnen in de lente, wilde ik lekker buiten sporten. Oh, niet in extreme modus, nee. Gewoon een kleine beginnerstrail, die prachtige landschappen en romantische stops combineert. Ik had niet al te veel moeite om mijn partner te overtuigen, die gelukkig ook beseft dat we ondanks ons hectische leven niet genoeg tijd nemen om in beweging te zijn. We besloten om naar de Famenne te gaan. Het enige dat ons nog restte was het kiezen van de route die bij ons paste.
Aan de poort van de Ardennen
“Pays de Famenne” omvat 6 gemeenten gelegen aan de poort van de Ardennen: Durbuy, Hotton, Marche-en-Famenne, Nassogne, Rochefort en Somme-Leuze. Het gebied herbergt natuurlijke rijkdommen, maar ook enkele beroemde toeristische attracties, zoals de grotten van Han-sur-Lesse of het charmante stadje Durbuy. “Het is ook de trappistenstreek van Rochefort!” zegt mijn man. Ja, ja… Maar eerst de sport en dan de rest.
Tineke Dhaese
24 bewegwijzerde routes
La Famenne biedt 24 permanent bewegwijzerde paden. Er zijn 4 moeilijkheidsgraden: 5, 10, 20 en 40 kilometer, met een cumulatief hoogteverschil van 100 tot 1.000 meter. Kortom, er is voor iedereen wat wils. Om beter je weg te vinden en een goed idee te krijgen van de moeilijkheidsgraad, zijn de wandelingen gemarkeerd in de kleuren van de skipistes: groen, blauw, rood en zwart. Handig! Een advies: hoewel de route duidelijk is aangegeven, download je best op je smartphone de GPX-versie. Voor het geval dat… En vergeet je wandelschoenen niet, anders verandert het pad al snel in een hel.
Trail Bleu de Hotton
We kozen voor een gemiddelde moeilijkheidsgraad met de “Trail bleu de Hotton”, die 14 kilometer lang is met een hoogteverschil van 310 meter. Deze route vertrekt vanuit het sportcomplex van Hotton (een handige plek om je auto te parkeren…) en loopt kriskras door de Ourthevallei. Ze heeft prachtige paden langs de rivier, tussen heuvels en kliffen, richting de dorpen Hampteau en Melines. Een prachtige omgeving, waarin rotsen en water door elkaar vloeien.
Een romantische picknick
Met een vooruitziende blik hadden we een kleine picknick voorzien, die we halverwege opaten, bij de rivier. Het leek alsof we alleen op de wereld waren, met alleen het geluid van het kabbelende water en het getjilp van de vogels. Een herinnering die in ons hoofd gegrift staat. Terug bij het sportcomplex van Hotton reden we nog ongeveer 10 minuten naar ons hotel.
La Grande Cure
Na de inspanning, het comfort
Wij kozen voor een verblijf in het hotel “La Grande Cure”, in de buurt van Marcourt. Een gebouw genesteld in het groen en met alle faciliteiten. Er zijn zelfs oplaadpunten voor elektrische auto’s. Het hotel is ook huisdiervriendelijk. Na een verkwikkende douche was het tijd voor een terrasje. Ik had mijn geliefde zijn lokale bier beloofd, en belofte maakt schuld. Met als extra bonus een uitzicht op de natuur, maar ook op het mooie kapelletje van Saint-Thibaut, dat in de verte lag op een rotpartij.
Gastronomische avond in La Grande Cure
Na onze 14 kilometer lange wandeltocht gunde ik mezelf en mijn partner een kleine gastronomische avond. Gelukkig staat het restaurant van het hotel bekend om zijn uitzonderlijke keuken van Tim Christensen, de eigenaar van de zaak en tevens de chef-kok. Hij werkt niet “à la carte” maar ontwerpt elke dag een nieuw menu, met keuze uit 2, 4 of 6 gangen. De chef werkt met seizoensgebonden Ardense producten, maar laat zich ook graag inspireren door andere culturen. Ons 4-gangen menu met bijpassende wijnen was een waar genot.
Maxime Collin
Een zondag in Durbuy
Na een relaxte nacht zetten we op zondagochtend koers naar Durbuy. De kleinste stad ter wereld, die bruist van charme met zijn pittoreske steegjes en erfgoed uit de feodale tijd. We ontdekten de ambachtelijke brouwerij van het Château de Durbuy en de confituurfabriek “Saint Amour”. Genoeg om dit sportieve weekend met een romantisch tintje met een zoete noot af te sluiten.
—
Onze favoriet: het sportieve parcours onderbroken door een romantische picknick langs de rivier.
Als het Pays de Saint Gilles Croix de Vie wordt beschreven als een “land van passies”, dan is dat omdat het door de seizoenen heen vele activiteiten biedt. Of je nu een sporter of een liefhebber van wandelingen bent, je kan hier genieten van de prachtige landschappen, die het hele jaar door evolueren. Ten slotte is het voor fijnproevers ook een regio met een authentieke gastronomie die de producten van land en zee geweldig combineert.
Fietsparadijs
Julien Gazeau
Als er één plek is die ideaal is om te fietsen, dan is het wel het Pays de Saint Gilles de Croix, dankzij een netwerk van maar liefst 400 km bewegwijzerde paden! Fietsliefhebbers kunnen met een gerust hart trappen in een omgeving die voor hen lijkt voorbehouden. Daarnaast is het sinds begin dit jaar ook mogelijk om te met je gravelbike te genieten van de kleine landweggetjes, met afwisselend met onverharde en grindpaden. Vanuit Saint Gilles Croix de Vie bieden drie gravelcircuits van 50 km, 60 km en 110 km u de mogelijkheid om het achterland te ontdekken, van de kust tot het platteland. Een uitgestrekt gebied dat een verscheidenheid aan geneugten biedt, waarbij regelmatig het type terrein wordt afgewisseld. Dit alles in een groene, rustgevende en veilige omgeving, aangezien de drie circuits zich uitstrekken over een netwerk van kleine wegen met weinig verkeer en op paden en fietspaden.
Heb je zeebenen?
Flavian Couvreur
Als wateractiviteiten centraal staan in je vakantie, zal het Pays de Saint Gilles de Croix je ook kunnen bekoren. Met een kustlijn van meer dan 32 km, verdeeld over drie gemeenten, biedt deze regio namelijk een zeer breed scala aan vrijetijdsactiviteiten op zee die voor iedereen toegankelijk zijn, van zeilen tot kanoën, kajakken en strandzeilen. Het gebied is ook zeer populair speeltuin bij surfers. Vooral de stad Brétignolles sur Mer is een van de meest populaire plaatsen voor surfliefhebbers, zowel de spot van La Sauzaie met zijn reefgolf die de meest sportievelingen plezieren als de stranden van Dunes 1 en 2 die het hele jaar door ideale omstandigheden bieden voor beginners.
Land en zee op het bord
Antoine Tatin
Ten slotte onderscheidt Saint Gilles de Croix de Vie zich ook door zijn gastronomie die de geneugten van het land en de zee combineert, te beginnen met zijn beroemde sardines, trouwens ook het embleem van het gebied. Zij worden gevangen van april tot september en komen grotendeels terecht in de lokale conservenfabrieken, terwijl de rest wordt verkocht op plaatselijke markten, wat de grootst mogelijke versheid garandeert. Deze vis kan gegrild, als rillette of uit blik gegeten worden.
Antoine Tatin
Een andere aantrekkingspunt in de regio, is de wijn van Brem sur Mer, die sinds 2011 geniet van een gecontroleerde benaming “Fiefs Vendéens”, een echte kwaliteitsgarantie die het belangrijke werk van onderhoud en cultivatie van de wijnstokken beloont. Het hele jaar door is het mogelijk om de kelders in deze regio te bezoeken om meer te weten te komen over de wijnproductie van gepassioneerde wijnmakers, die graag zelf toelichting verschaffen.
Wilt u meer weten over deze prachtige streek in het departement Vendée? Aarzel niet om de website van het Pays de Saint Gilles Croix de Vie te raadplegen, die veel nuttige informatie en ideeën voor activiteiten biedt.
Op een persconferentie in Rome zei burgemeester Brugnaro dat de verandering een wereldprimeur was. “Het gaat niet om geld verdienen… ons doel is om Venetië leefbaarder te maken,” zei hij, waarbij hij de urgentie van de situatie benadrukte in het licht van een stadscentrum dat ontvolkt raakt, terwijl de pieken in het aantal bezoekers oplopen tot 100.000 overnachtingen, om nog maar te zwijgen van de dagjestoeristen.
Onopvallende en probleemloze controles gepland
De belasting zal van toepassing zijn op 29 specifieke dagen, geïdentificeerd als toeristische piekperiodes in 2024, te beginnen met 25 april. Brugnaro belooft discrete controles, willekeurig uitgevoerd en zonder wachtrijen te creëren, bij de hoofdingangen van de stad, zoals het treinstation Santa Lucia. Bezoekers moeten een QR-code overleggen, die ze vooraf of bij aankomst hebben verkregen via lokale agentschappen.
Geen limiet op het aantal bezoekers
Ondanks de invoering van deze belasting drong de burgemeester erop aan dat er geen limiet is gesteld aan het aantal beschikbare QR-codes per dag, waarmee hij het idee van een numerus clausus verwierp. “We zijn tegen de numerus clausus, anders zijn we niet langer een stad maar een museum“, zei Brugnaro, die de wens van Venetië benadrukte om open en toegankelijk te blijven en tegelijkertijd de toeristenstroom op innovatieve manieren te reguleren.
Heerlijk, gastvrij, artistiek en verrukkelijk. Krakau is uitgegroeid tot een van de belangrijkste toeristische bestemmingen in Oost-Europa. Van de middeleeuwse oude stad tot de oude Joodse wijk en zijn indrukwekkende zoutmijn, de voormalige Poolse hoofdstad heeft alles om liefhebbers van kunst, cultuur en gastronomie te verleiden. Genoeg om je een heel weekend te vermaken, of zelfs langer!
Een even glorieuze als tragische geschiedenis
De eerste vermelding van Krakau dateert uit 965. In het jaar 1000 begon de stad zich actief te ontwikkelen, werd een belangrijk handelskruispunt in de Middeleeuwen en vervolgens een centrum van spirituele en koninklijke macht om ten slotte de hoofdstad en hoofdverblijfplaats van de Poolse koningen te worden. Tijdens de Renaissance beleefde Krakau een periode van welvaart en artistieke ontwikkeling. Veel van de iconische monumenten van de stad werden in deze tijd gebouwd, waaronder de Lakenhalle en de Mariakerk. De barokperiode heeft ook een belangrijke stempel gedrukt op de architectuur van de stad.
vw
In de 18e eeuw werd het land verdeeld tussen Rusland, Pruisen en Oostenrijk. Krakau viel toen onder Oostenrijks bewind en werd onderdeel van Galicië. Ondanks deze buitenlandse overheersing bleef de stad een belangrijk cultureel en intellectueel centrum. Na de Eerste Wereldoorlog herwon Polen zijn onafhankelijkheid en werd Krakau weer Pools. Na een nieuwe periode van economische en culturele voorspoed tijdens het interbellum viel Krakau onder de Nazi-bezetting. De Joodse wijk Kazimierz werd verwoest door de Holocaust, waarbij veel inwoners werden overgebracht naar het nabijgelegen concentratiekamp Auschwitz.
Toen de oorlog voorbij was, werd Krakau hergebouwd en toonde het zijn rijke erfgoed. Het historische centrum werd in 1978 zelfs geclassificeerd als UNESCO-werelderfgoed. Subliem en prachtig onderhouden, Krakau trekt terecht elk jaar duizenden toeristen aan.
vw
Blikvangers
Veel van de echte bezienswaardigheden in Krakau bevinden zich in de oude binnenstad. Alles is er op wandelafstand. Een twintigtal tramlijnen doorkruisen de stad en haar buitenwijken, van 5 uur ‘s ochtends tot 11 uur ‘s avonds.
De belangrijkste attractie van Krakau is ongetwijfeld het sublieme Wawel-kasteel, gelegen op de top van een heuvel. Dit enorme architecturale complex, dat in een opmerkelijk goede staat verkeert, was van de 11e tot de 16e eeuw het centrum van de kerkelijke en monarchale macht van Polen. Er is een indrukwekkende collectie portretten uit alle periodes te bewonderen, naast renaissancemeubels, gebeeldhouwde houten plafonds die tot de mooiste van Midden-Europa behoren, Italiaanse en Nederlandse schilderijen, evenals enkele tientallen Brugse en Brusselse wandtapijten die in de loop van de tijd zijn verworven dankzij de overvloedige inkomsten die de nabijgelegen zoutmijn genereerde. Het complex omvat ook een kleine kathedraal in gotische stijl die verschillende kroningen heeft meegemaakt.
Op een paar minuutjes lopen bereik je het indrukwekkende Rynek Glowny (Marktplein), waar de zon de vele kleurrijke gevels van de plaats prachtig accentueert. Dit is het historische centrum van de stad sinds de bouw in 1257 en nu het grootste middeleeuwse plein van Europa. Centraal liggen de Lakenhallen, een waarachtig juweel van renaissance-architectuur, met een tiental kleine winkeltjes met lokale ambachten. Op een van de hoeken van het plein staat majestueus de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek. Op de top van een van de twee torens speelt een trompettist elk uur een bugelmelodie in de richting van de vier windstreken. Een origineel eerbetoon aan de hoornblazer die in 1241 door de Tartaren werd gedood, nadat hij de stad had gewaarschuwd voor het naderende gevaar. In het hart van het religieuze gebouw staat een imposant 15e-eeuws gotisch altaarstuk (het grootste van Europa) dat net is gerestaureerd. Dit gotische meesterwerk, versierd met bijna 200 figuren, is 13 m hoog en 11 m breed en brengt een tafereel dat gewijd is aan het leven van de Maagd Maria.
Aan het eind van de dag is het tijd voor een wandeling langs de groene Planty lanen, die het historische centrum van Krakau omringen.
De Joodse wijk van Kazimierz
Getty Image
Kazimierz is een van de wijken die grenst aan de oude binnenstad. Van de 14e tot de 19e eeuw was het een onafhankelijke stad, bewoond door Joden, voordat ze werd omgevormd tot een echt district van de Hebreeuwse cultuur. Voor zowel de lokale bevolking als toeristen is Kazimierz in de eerste plaats een levendig gebied met clubs, bars en restaurants, waarvan sommige traditionele koosjere gerechten aanbieden, zoals het uitstekende restaurant Ariel waar je kunt lunchen of dineren. Je bezoekt deze wijk best te voet, zodat je de vele gerestaureerde gebouwen goed kunt bewonderen, evenals de oude synagoge, waar momenteel het Museum van het Jodendom is gevestigd, en de Remuh-begraafplaats, grenzend aan de gelijknamige synagoge. Door een van de poorten kan je graven in de vorm van sarcofagen bewonderen die getuigen van de invloed van de Renaissance op deze mystieke plek.
De Joodse wijk van Krakau mag dan vandaag feestelijk zijn, ze heeft tragische tijden meegemaakt tijdens de Nazi-bezetting. Hier bevond zich een van de grootste Joodse getto’s van de Tweede Wereldoorlog, waar duizenden mannen, vrouwen en kinderen werden opgepakt voordat ze naar de vernietigingskampen werden gestuurd. En terwijl veel overblijfselen van het getto zijn opgegaan in het stedelijke landschap, maakt de voormalige fabriek van Oskar Schindler, die is omgebouwd tot museum, er een erezaak van om de herinnering aan de slachtoffers van de Nazi-barbarij levend te houden. Een ervaring die voor iedereen, jong en oud, even verrijkend als ontroerend is.
Zout, een goudmijn!
vw
De Wieliczka-zoutmijn, die sinds 1978 op de werelderfgoedlijst van UNESCO staat, ligt op 12 km van Krakau. Het is een van de oudste mijnsites ter wereld, die in bedrijf is sinds de 13e eeuw! De exploitatie van deze zoutmijn duurde meer dan 700 jaar, wat leidde tot het ontstaan van een uitgebreid netwerk van ondergrondse galerijen met een totale lengte van ongeveer 300 km, afgewisseld met meer dan 2.000 “kamers”, waarvan sommige tot 327 m diep gaan! De 3,5 km lange route, die meer dan 800 treden omvat, neemt u mee naar een even mysterieuze als boeiende wereld, met kamers en galerijen naast indrukwekkende houten constructies, sculpturen en kapellen. De ondergrondse meren en de vele overblijfselen van het werk van de mijn geven een uitstekend idee van de werking van deze mijn die eeuwenlang heeft bijgedragen aan het vullen van de schatkist van het koninkrijk. Het hoogtepunt van dit spektakel is ongetwijfeld de Janowice zaal, die door de mijnwerkers van Wieliczka werd versierd met sculpturen, bas-reliëfs en enorme kroonluchters. Het is zelfs mogelijk om de plek te huren voor trouwfeesten, terwijl er elk jaar verschillende concerten en sportwedstrijden worden georganiseerd. Vergeet niet, voordat je de mijn verlaat, om aan een van de muren te likken om het rauwe zout te proeven!
Een streek vol geneugten
Als je de restaurants, bars en markten van Krakau verkent, ontdekt je meteen de rijkdom van de lokale keuken die de geschiedenis en culturele diversiteit van de stad weerspiegelt. Niet voor niets werd ze in 2019 uitgeroepen tot Europese Hoofdstad van de Gastronomie. Of je nu kiest voor streetfood of een gerenommeerd adres, de lokale keuken bestaat steeds uit een smakelijke mix van invloeden die zijn geërfd van de verschillende naties die elkaar in dit gebied hebben opgevolgd. Russen, Litouwers, Oekraïners, Joden en Tartaren hebben allemaal hun stempel gedrukt op de keuken van Krakau. Als gevolg hiervan is de lokale culinaire scene zeker niet typisch voor een land met een communistisch verleden. Integendeel, vooral dankzij een nieuwe generatie chef-koks die veel plezier beleven aan het combineren van lokale gerechten en meer hedendaagse trends.
vw
Tot de lokale specialiteiten die je kunt proeven behoren pierogi, ravioli gevuld met aardappelen en kwark, vlees, kool of champignons, die worden beschouwd als het nationale gerecht in Polen. Nog een voltreffer: paczek, ronde, gebakken donuts traditioneel bedekt met een dik suikerglazuur, gevuld met aardbeien- of rozenjam… Een caloriebom! Probeer ook de obwarzanek krakowski, een krakelingachtig broodje dat waarschijnlijk de meest karakteristieke vertegenwoordiger is van straatvoedsel in Krakau. Traditioneel bestrooid met zout, sesam of papaver, wordt het al meer dan 600 jaar met de hand gemaakt in de bakkerijen van de stad. En dit is nog maar een kleine greep uit alles wat je ter plaatse kan smullen!
Goede restaurants
Tijdens ons verblijf konde verschillende restaurants proberen. We raden de volgende adressen aan:
Karczma Pod Wielką Solą, gespecialiseerd in grills en soepen, op een steenworp afstand van de Wiliczka-zoutmijn
Pod Nosem, aanbevolen door de Michelingids, die een mooi staaltje biedt van de lokale keuken, met een onberispelijke service
Ariel, een van de beste Joodse restaurants in de stad waar u kunt luisteren naar een Klezmer-muziekconcert
Bottiglieria 1881, het restaurant van chef-kok Przemysław Klima en het eerste etablissement in de stad dat een Michelinster ontving
Hoe bezoeken?
Sinds 3 april vliegt Brussels Airlines dagelijks naar Krakau. Reken op ongeveer € 90 per vlucht, waarbij de prijs varieert afhankelijk van het seizoen.
In de erelijst van Spaanse steden met een rijk erfgoed – en dat zijn er bijzonder veel in dit land – staat Cáceres niet bovenaan. Althans niet voor buitenlandse toeristen. De Spanjaarden, die 80% van de toeristische cliënteel in de regio uitmaken, hebben deze stad met 96.000 inwoners en boordevol historische monumenten, al lang in hun hart gesloten. Overdonderend? Dat is een understatement. De oude stad, die sinds 1986 op de Werelderfgoedlijst van de Unesco staat, is bezaaid met paleizen uit de middeleeuwen en de renaissance, middeleeuwse torens, kloosters, kerken en kapellen. En de meeste gevels zijn versierd met de wapenschilden van de illustere families die ooit over de stad regeerden. Een opmerkelijk decor van steen en architectuur dat ervoor heeft gezorgd dat Cáceres vaak gekozen werd om er historische films te draaien.
Een zicht op de kerken in het oude centrum van Cáceres Philippe Bourget | cms
Dit erfgoed is te danken aan een verleden waarin verschillende culturen elkaar opvolgden. Het werd bewoond door de Romeinen en in de 12de eeuw veroverd door de Almohad Arabieren, die de stad omringden met adobe (verharde aarde wallen), waarvan het metselwerk nog steeds te zien is op sommige gebouwen, zoals de torens van La Yerba en del Aver. Cáceres werd in de 13de eeuw opnieuw ingenomen door de christenen en werd rijk dankzij de adel, de landeigenaren en vervolgens de conquistadores die uit Amerika terugkeerden om kerken en paleizen te bouwen.
De kerk van San Mateo, in het historische centrum Philippe Bourget | cms
Moorse en christelijke invloeden ontmoeten elkaar in dit doolhof met Romaanse, Islamitische, noordelijke gotiek en renaissance-invloeden. Een wandeling door de steegjes waar deze bouwwerken staan, zal je doen duizelen. De San Mateo kerk, het Santa Maria de Jesús klooster, casa Ovando Mogollón Perero-Paredes (nu een Parador hotel), het Palacio de las Ciguanas, het Golfines de Abato paleis… Al deze plekken stralen rijkdom en nobelheid uit.
De co-kathedraal Santa María links, en de Diputacíon Provincial achteraan Philippe Bourget | cms
Het stadscentrum is allesbehalve statisch. Veel trendy hotels en restaurants (Atrio, van chef-kok Toño Perez, met drie Michelinsterren, La Casa del Sol, Madruelo…) zijn gevestigd in voormalige paleizen. Maak buiten de stadsmuren een wandeling door Calle de los Caleros, een rustige straat met dorpswoningen, en het enorme Plaza Mayor, waar je geniet van de sfeer op de terrassen van de bars. Liefhebbers van hedendaagse kunst moeten absoluut naar het onlangs geopende (2021) Helga de Alvear Museum, dat gratis toegankelijk is en werken bevat van Goya (prints), Vasarely, Paul Klee, Kandinsky, Miró, Buren, Tàpies, Ai Weiwei, Louise Bourgeois en anderen. Er zijn ook tal van discotheken. Overdag kan je ontspannen in de Caballerizas bar, een mooie, trendy plek rond een patiotuin. Cáceres, een echte ontdekking.
Wist je dat Mérida de Spaanse stad is met het grootste aantal Romeinse overblijfselen? Onder keizer Augustus was het de hoofdstad van de provincie Lusitanië, één van de drie op het Iberisch schiereiland. Het staat dan ook vol met oude monumenten, waarvan de meeste goed bewaard zijn gebleven. In die tijd was de stad bijna net zo dichtbevolkt als nu – 60.000 inwoners. De kracht van de stad wordt geïllustreerd door twee symbolische gebouwen die naast elkaar staan: het theater en het amfitheater. Het theater bood plaats aan 6.000 mensen. De podiummuur, die nu herbouwd is, telt een reeks dubbele marmeren zuilen met in het midden het beeld van Ceres, de godin van de landbouw. Op dit prestigieuze oude podium vindt elk jaar in juli en augustus het beroemde festival van het klassieke theater plaats. Het amfitheater ernaast is minder goed gerestaureerd, maar elk jaar met Pasen wordt hier de indrukwekkende kruisweg afgelegd, de ‘Via Crucis’, die in absolute stilte plaatsvindt.
Het Romeinse theater van Mérida Xavier Allard – stock.adobe.com
Elders in de stad vind je nog meer overblijfselen. Het hippodroom (circo romano) is één van de best bewaarde in de Romeinse wereld. De Tempel van Diana troont in het centrum van de stad, net als de Boog van Trajanus. De rivier Guadiana wordt overbrugd door één van de grootste Romeinse bruggen ooit gebouwd. De brug is bijna 750 meter lang (je kan er te voet over) en werd in de 17e eeuw herbouwd. Geen wonder dat het architecturale erfgoed van Mérida ook op de Werelderfgoedlijst van de Unesco staat. Ook toepasselijk is dat de stad de thuisbasis is van het Spaanse Nationale Museum voor Romeinse Kunst. Dit prachtige bakstenen gebouw van architect Rafael Moneo, met zijn zeldzame collecties (mozaïeken, beeldhouwwerken, enz.) die in grote ruimtes worden tentoongesteld, wordt momenteel uitgebreid om er andere werken in onder te brengen.
De Romeinse brug over de Guadiana-rivier venemama – stock.adobe.com
De Romeinse overblijfselen mogen dan wel overheersen, vergeet niet om ook te genieten van de het geanimeerde leven dat deze stad biedt als regionale hoofdstad van Extremadura. Je vindt ze op minder dan 2 uur rijden ten noorden van Sevilla. Wie zweert bij Andalusië doet er goed aan om eens een omweg te maken.
Zoals alle Spaanse steden bruist ook het oude centrum van Mérida met zijn winkels en cafés. Blijf ‘s avonds hangen op het Plaza de España, waar gezinnen verkoeling komen zoeken en op de terrasjes vertoeven. Om te winkelen ga je naar het Romeinse museum langs de twee lange ‘calles’ die enkel toegankelijk zijn voor voetgangers, Santa Eulalia en Ramón Mélida. Je vindt er allerhande soorten winkels.
Het ‘Palace de Mérida’-hotel dat dateert uit de 15de eeuw Philippe Bourget | cms
Het groene Spanje…
Vergeet de clichés van het Zuid-Spanje dat het hele jaar dor is door de loodzware zon, met temperaturen die oplopen tot 40°C. Dat klopt dan wel in de zomer, het geldt niet voor de rest van het jaar. Van de herfst tot de lente kleurt de regio weelderig groen, dankzij de twee grote rivieren die erdoorheen stromen (de Taag en de Guadiana) en de aanwezigheid van talloze stuwdammen. Tot zover het geografische portret van een regio die nog steeds landelijk is, maar die de onbeduidende armoede van de jaren 70 en 80 achter zich heeft gelaten.
De Taag in het Nationaal Park van Monfragüe Philippe Bourget | cms
We beelden ons dus landschappen voor die verschroeid zijn door de Iberische zon… om in maart, april en december besneeuwde bergtoppen en weidse landschappen met gras en bomen te ontdekken. Wat een verrassing! Vlakbij Plasencia ligt een vallei die de geest van de lente belichaamt, Jerte. Deze vallei ligt verscholen tussen de besneeuwde toppen van de Gredos en de Béjar en strekt zich uit over een lengte van enkele kilometers tot aan de Tornavacas pas (1.275 m). Bovendien vormen de hellingen, beplant met meer dan anderhalf miljoen kersenbomen, in april een prachtig decor van witte bloemen. Je hoeft niet naar Japan om de kersenbloesems te zien! Net als in Cabezuela de Jerte vind je in de dorpen mooie smalle straatjes met oude huizen met houten balkons en overdekte steegjes. Ooievaars hebben hun nesten gemaakt op kerktorens, een constante in deze regio, waar bijna de helft van alle waadvogels van het land woont.
Uitzicht op de Sierra de Béjar, vanuit Jerte Philippe Bourget | cms
Een ander gebied met spectaculaire landschappen is de ‘dehesa’, in het Nationaal Park van Monfragüe. De dehesa is een uitgestrekt weidegebied dat spaarzaam beplant is met steeneiken en kurkeiken. Grote kuddes koeien, schapen en zwarte varkens grazen er vers gras, wat bijdraagt tot de kwaliteit van het vlees van Extremadura – waaronder de beroemde jamón ibérico. Net als in de naburige Portugese regio Alentejo worden de kurkeiken geëxploiteerd om kurken van te maken.
Een boerderij in het Nationaal Park van Monfragüe Philippe Bourget | cms
Wijn ontbreekt niet op het menu. Hoewel de wijn uit deze regio lang werd beschouwd als van slechte kwaliteit, is die de laatste jaren aanzienlijk verbeterd. Een mooi voorbeeld is het domein Pago los Balancines in Oliva de Mérida, die deel uitmaakt van de Ribera del Guadiana-appellation. De biologische rode wijn Haragan uit 2018 werd in 2023 bekroond met ‘Dubbel Goud’ op de San Francisco International Wine Competition. Het Monfragüe Park, waar de Taag door vloeit, is ook één van de Europese topbestemmingen voor vogelspotters. Je vindt er zwarte ooievaars, vale en zwarte gieren, keizerarenden… en meer dan 400 verschillende vogelsoorten. Een hotspot voor natuurliefhebbers.
De poort van Trujillo, uit de 13de eeuw, in Plasencia Philippe Bourget | cms
De steden van Extremadura hebben veel te bieden. Na de goddelijke verrassingen van Cáceres en Mérida zijn ook deze drie kleinere steden van duidelijk historisch belang. Plasencia, de toegangspoort tot de Jertevallei (zie hierboven), is de meest noordelijke van de drie. Het is de eerste stad die je bezoekt als je uit Madrid naar de regio afzakt en je wordt er meteen ondergedompeld in een overvloed aan architectuur, de erfenis van een culturele diversiteit. De Middeleeuwse stadsmuren die de oude stad omringen, herinneringen aan de Arabische alcazar, de met elkaar verbonden oude en nieuwe kathedralen, de oude Joodse wijk, paleizen en kloosters… Een wandeling dompelt je onder in het atypische verleden van Zuid-Spanje, een land met invloeden van Christenen en Moslims, de adel en geestelijken.
Versterkte woning in de hooggelegen gedeelte van Trujillo. Philippe Bourget | cms
Maar vergeet ook hier niet te genieten van de legendarische gezelligheid van Spanje. In Plasencia speelt alles zich af rond de plaza Mayor, een enorme rechthoekige agora omringd door gaanderijen waar bars en restaurants hun terrassen ontvouwen. Aan het eind van de dag kom je hier gegarandeerd tot rust met een lekkere ‘cerveza’. We houden ook erg van Trujillo. De plaza Mayor van dit kleine stadje (minder dan 9.000 inwoners) dat tussen Plasencia en Mérida in ligt, herbergt een schat aan verrassend erfgoed, het resultaat van fortuinen die uit Amerika werden meegebracht.
Philippe Bourget | cmsZicht op een kerk in het hooggelegen gedeelte van Trujillo vanop het alcazaba (kasteel)
Andalusië ligt vlakbij en een aantal adellijke inwoners van Extremadura trokken ooit per schip naar de Nieuwe Wereld. In Trujillo domineert één naam alle andere: Francisco Pizarro. De ‘ontdekker’ van Peru en stichter van Lima, de grafdelver van het Incarijk, werd geboren in Trujillo. Zijn ruiterstandbeeld staat trots op de plaza Mayor. In de boven- en benedenstad, onder het middeleeuwse kasteel, getuigen de statige huizen, vandaag privédomein verborgen achter hoge muren, van de opgebouwde rijkdom. Sommige zijn omgetoverd tot historische boetiekhotels, zoals de Posada dos Orillas, een prachtige zes eeuwen oude residentie.
In het uiterste zuiden van Extremadura houden we langer halt in Zafra. De witte gevels, de smeedijzeren poorten, de reputatie van de plaza de toros… Er bestaat geen twijfel over dat Andalusië hier vlakbij ligt! Zafra is beroemd om zijn San Miguel veemarkt, die elk jaar eind september wordt gehouden sinds… 1453. Ga zeker op wandel door de oude stad, tussen de Plaza Grande en de Plaza Chica. De twee zijn met elkaar verbonden door een gewelfde doorgang, die wordt ondersteund door authentieke stenen pilaren. Een unieke uitstraling, net als deze regio van Spanje, die het niet langer verdient om het zwarte schaap van het land te zijn.
Je vliegt vanuit Brussel naar Madrid, huurt een auto en rijdt 265 km (2u30) naar Plasencia, de eerste grote stad in het noorden van Extremadura. Je kan ook terug naar huis vliegen van Sevilla naar Brussel.
Bezoeken
Ontdek de regio met de auto, van noord naar zuid. De wegen zijn van bijzonder goede kwaliteit.